Op donderdagochtend 15 april stormen zestien meiden met veel gelach en gepraat lokaal 111 binnen op het Bonhoeffer College in Enschede. De eersteklassers nemen plaats in het praktijklokaal dat volstaat met automatische zagen, hamers en vijlen. Docente Ela Aycak legt uit wat vandaag op het programma staat. “Jongens en meiden,” zo begint ze, “eh, ik bedoel alleen meiden. Telefoons weg, tassen van tafel. Vandaag doen we iets anders. We hebben namelijk een Girls’ Day!”

Werken bij IVO

Er klinkt gemopper. Iemand vraagt zich hardop af waarom de jongens lekker mogen gymmen terwijl zij les moeten krijgen. Maar zodra enkele vrouwelijke medewerkers van IVO Rechtspraak op het grote scherm verschijnen, verandert het gepraat in gefluister. De ruimte vult zich met een verwachtingsvolle spanning als de algemeen directeur, Jan Willem Duijzer wordt uitgelicht. “Ik zoek nieuwe medewerkers,” begint hij zijn verhaal. Het is een goede aandachtstrekker, want het wordt muisstil. Hij schept op over de goede salarissen en het leuke werk. Een meisje met een donkerbruine paardenstaart fluistert vol ontzag: “Wow, als ik dan kan werken, ben ik tweeëntwintig.”

Rechtspraak

Dan komt Sanne (Implementatiemanager) in beeld. Ze vertelt over wat de rechtspraak is en wat je ervan ziet en leest in de media. “De rechtspraak doet echt veel!” klinkt er door het lokaal. Er wordt instemmend geknikt. Als een rechter van rechtbank Den Haag het gesprek over wil nemen, gaat het fout met de techniek. Haar beeld loopt vast. Ela grapt: “Den Haag is ook ver weg hè. Wij zitten helemaal in Enschede.” Er wordt hard gelachen.

Techniek en recht

Het is een mooi voorbeeld voor hoe het er in de techniek aan toegaat. Er wordt dan ook meteen handig gebruik van gemaakt. Jan Willem en Martin (Regio Manager Front Office) leggen uit welke hulp er vanuit IVO wordt aangeboden op locatie. Caroline (Teamleider ICT Innovatie Lab) is aanwezig voor de workshop Innovatie en zegt over dit voorval: “Het is soms zoeken hoe we met de techniek moeten omgaan en dit geeft daarvan een goed beeld. Hopelijk hebben de meiden aan het einde van de ochtend een goed beeld van de ICT en de rechtspraak.”

De rechter verschijnt weer in beeld. Ze vertelt over haar werk als kinderrechter. Dat wekt interesse op. De meiden stellen vragen en zijn vooral nieuwsgierig naar de straffen bij spijbelen. Een pienter uitziende dame steekt haar hand op. Ela pakt de laptop op en brengt haar in beeld. “Is het strafbaar om een fake account te hebben op sociale media?” Er klinken oeh’s en aah’s door de klas als het antwoord van de rechter klinkt. Geen fake account aanmaken dus!

Workshops

Dan volgen de workshops. De eerste workshop wordt gegeven door Cheyenne (UX Designer) en Nienke (Ontwerper) en gaat over programmeren. Ze laten zien hoe het schrijven van code eruitziet. Poeh, wat blijkt dat lastig! “Het is eigenlijk net als het leren van een nieuwe taal. Alleen nu gaat het over de taal van de computer zodat je daarmee kunt gaan praten. Dat mensen massaal jouw geschreven ideeën gaan gebruiken, maakt het werk echt super leuk!” vertelt Suze (UX Designer). Bij de workshop Innovatie, gegeven door Irene (Innovatie Consultant) en Caroline, mogen de meiden aan de slag. Ze tekenen op een A4 de manieren waarop zij rechters willen helpen om hun werk makkelijker te doen.

Reacties

Aan het einde van de ochtend zijn de meiden verzadigd. De concentratie daalt en het wordt rumoerig. Maar al met al hebben de leerlingen enorm veel geleerd over het werk in de ICT en bij de rechtspraak. “Ik vond het leuk en leerzaam. Vooral om te weten hoe het er achter de schermen aan toegaat,” zo zegt een van de leerlingen met blond haar en een grote rugzak na afloop. Een van haar vriendinnen vult aan: “Alleen is het online heel saai. Het was leuker geweest als we het echt hadden mogen zien.”

Jolanda van den Berg, decaan van het Bonhoeffer College, vertelt waarom ze de Girls’ Day zo’n goed idee vindt: “De meiden leren op deze manier dat de wereld groter is dan ze denken. Er zijn meer beroepen dan die voor de hand liggen en dat wil ik hen graag meegeven. Ze weten nu dat er een bredere keuze is voor hun vervolgopleiding. Ik vind het zeer geslaagd en wil dit zeker vaker doen!”